Elke week kiest onze redactie een Release van de Week en vandaag valt die keuze op The Nels Cline Singers met het album Share The Wealth. Gisteren spraken we de gitaarvirtuoos, binnenkort lees je dit interview in Gitarist, maar vandaag is Nels al even aan het woord over dit bijzondere album, ook voor de volgers van Musicmaker en De Bassist.
Tekst: Chris Dekker.
Meteen maar even wat waarschuwingen.
'Nels Cline is toch die man die elk prachtig nummer van Americana-band Wilco probeert te saboteren met weirde solo's? Is Share The Wealth dan een country- of Americana-plaat?'
Nope.
'Dan vast eentje vol heftige gitaarsolo's a la Hendrix of een van zijn punkhelden?'
Ook niet.
'Aah, het heet The Nels Cline Singers. We krijgen een Staple Singers-achtig gospel-album.'
Dat al helemaal niet! Het album is helemaal instrumentaal. Nels is zeker iemand met humor als het om bandnamen gaat.
Het enige dat de stijl van het album een beetje weggeeft is het label: Blue Note. Van oudsher is dit een jazzlabel en dat is wat je krijgt bij de aanschaf van de nieuwe van The Nels Cline Singers: avant-garde jazz, waarbij Cline in duel gaat met saxofoon en toetsen. De meeste mensen kennen Nels als gitarist van de Americana-avonturiers Wilco, waarbij de gitarist - die bijna de pensoensgerechtigde leeftijd heeft bereikt - als een jonge hond te keer gaat op vooral Jazzmasters. Zijn hart en verleden liggen echter in de geïmproviseerde jazz en van Blue Note kreeg hij een vrijbrief om een derde album voor het label te maken. Of zoals Nels gisteren aan ons vertelde:
'Het verbaast me iedere keer weer dat labelbaas Don Was mijn muziek gewoon accepteert en uitbrengt. Het zijn lange nummers, die niet altijd toegankelijk zijn. Van de andere kant: Ik hou er zelf van en dan moeten er toch meer mensen zijn?'
Het album werd in twee dagen, zo goed als live opgenomen en doet soms denken aan een verloren plaat van Miles Davis uit de jaren zeventig. Het vooropgestelde doel van Nels was om de lang, spontane jams op te knippen, met elkaar te mixen, maar uiteindelijk koos hij er voor om de lange jams in tact te laten. Het nummer Stump The Panel duurt zelfs 17 minuten.
'Ik weet niet of mensen zoiets twee keer zullen luisteren,' vertelde hij met een grote glimlach.