Midnight special: Taj Mahal & Ry Cooder

Video en audio bij het interview in Gitarist 375

Gitarist Extra 19-05-2022 10:05

Na bijna zestig jaar kwamen Taj Mahal en Ry Cooder recent weer bij elkaar voor een eerbetoon aan Sonny Terry & Brownie McGhee. Het resultaat, ‘Get On Board’, behoort tot het beste werk dat elk van hen ooit opnam. In Gitarist 375, juni 2022 spreken we met beide rootsmuziekveteranen over hun project, waarvan je hier een aantal video's kunt zien (inclusief een 'making of') en het complete album kunt beluisteren.

foto: Abby Ross

Ruim een halve eeuw nadat Taj Mahal en Ry Cooder samen in de Rising Sons speelden, is het duo weer verenigd en namen ze het album ‘Get On Board’ op, een passend eerbetoon aan de muziek van Brownie McGhee en Sonny Terry.

Gitarist Brownie McGhee uit Tennessee leerde het vak van Blind Boy Fuller. Zijn perfecte metgezel vond hij in bluesharp-tovenaar Sonny Terry en samen maakten ze furore in de folkscene van het Amerika van de jaren zestig.

Taj: "Ik kreeg een Lifetime Achievement Award in Nashville, in het Ryman Auditorium, en Ry en zijn zoon zaten in de band. We bleven met elkaar in gesprek en op een bepaald moment stelde hij een eerbetoon aan Brownie McGhee en Sonny Terry voor. Nou, graag zelfs!" 

Het album werd bij Ry's zoon in de huiskamer opgenomen: “Mijn zoon Joachim heeft een mooi, oud Californisch huis in Spaanse stijl. Zijn woonkamer heeft een hoog plafond, een houten vloer en stucwerk, precies zoals in een vroege opnamestudio. Zo lang je niet te hard speelt, is de akoestiek perfect." 

Voor de meest tracks gebruikte Ry een 1946 Martin D-18, maar niet op Pawn Shop Blues: "Dat is zo’n Banner Gibson J-45. Volgens mij uit 1943. Ik houd van variatie. Wat echt een rare gitaar is, is die op (What A) Beautiful City. Het is een gigantische Adams Brothers gitaar. Hij is zo groot als een guitarrón en ik kan er nauwelijks met mijn armen omheen."  

Ry vindt dat hij nu beter speelt dan ooit: "Het heeft me een heel mensenleven gekost om zo te leren spelen. Ik herinner me dat Terry Melcher, de producer, een keer tegen me zei - en ik was toen een jaar of twintig: je bent zo langzaam dat het je zeker twintig jaar gaat kosten om ergens te komen. Hij zat er helemaal naast: twintig, was het maar waar! Veertig, vijftig jaar misschien." 

zoeken
zoeken